Notes |
- Johan van Bueren, drossaard van Lobith 1539, later (z.d.) drost te Dinslaken; in 1539 en 1547 beleend met de Molen van Offenbeek en de Hof te Leeuwen. Tr. met Anna van Wijlich (Wijlack), dr. van Dirk II van Wijlich en Elberg van den Boetzelaer.
Uit dit huweijk:
1.Wolter van Bueren tot Calbeeck, volgt VIIIa.
2.Otto van Bueren, in 1556 als minderjarige beleend met de molen te Offenbeek. De leeneed werd afgelegd door een hulder op verzoek van Otto's voogd, Derick van Wylick.
3.Elisabeth van Bueren, vermeld in de huwelijksvoorwaarden van Wolter van Bueren met Carola van Brempt.
4.Elberich van Bueren, vermeld in de huwelijksvoorwaarden van Woltervan Bueren met Carola van Brempt. Tr. met Willem van Bottlenberg (Buidelbergh) genaamd Schirp, heer van Lüntenbeck bij Wuppertal (D).
In 1555 verzocht Thomas Tijbis namens Anna van Wijlaick, weduwe van Johan van Bueren, en haar onmondige kinderen uitstel van verhef van de molen te Offenbeek en de erbij horende laten en van de hof te Leeuwen en de visserij gelegen te Beesel; een verzoek dat in 1556 nog eens werd herhaald. De goederen van de Buerense Laathof in Beesel werden in 1570 namens de weduwe Anne van Wylich beheerd door rentmeester Gadert Roffaerts.
|