Notes |
- It is assumed that Gheryt van Ossenbroeck is the son of Evert van Ossenbroeck. He also lived in Zutphen and was the Momber of Alyt & Willem (van) Yseren.
Ref: Algemeen Nederlands Familieblad. 1892. Volume 9. p.161
We believe that he is the same person as Gerartz van Osenbrugh:
https://vanosnabrugge.org/genealogy/getperson.php?personID=I2461&tree=tree1
That assumption is reviewed in detail here:
https://vanosnabrugge.org/SintJan-Arnhem2.htm
Other info:
ZUTPHEN ARCHIEF:
Hanze 1377 1487-03-08
Regestnummer 1205
Gegeven in onser stede van Brugge den VIIIen dach van Maerte int jairons heeren duysent CCCC zesse ende tachtentich (1486) ende srycx van ons Maximiliaen tweedde.
Inhoud:
Maximiliaen, Roomskoning enz., en Philips, aartshertogen van Oisteryck enz., geven aan Willem Yseren, Gheryt van Ossenbroeck vanwege zijn vrouw en Alyt, weduwe van Andries Yseren, Willems broeder, allen erfgenamen van Andries Yseren, op hun verzoek het recht om de pandschap van de tol te Zutphen, gegeven door hertog Aernoult als huwelijksgift aan zijn natuurlijke nicht van Arkel bij haar huwelijk met Andries Yseren, aan de stad over te doen.
Bezegeling
Met het geschonden zegel en contrazegel van Maximilliaen en Philips in rode was.
Plaatsnamen: Brugge, Zutphen
Beschrijving
Stukken betreffende de watertol in 1436 door de hertog aan de familieIseren verpand en in 1489 aan de stad gekomen.
Datum exact 1487-03-08
Collectie Hanzestukken Zutphen
1460, 14 april
Heinrich, heer van Wisch, ridder, drost van het land van Zutphen, etc., Johan van
Holthuesen en Gerijt van Ossenbroeck, vrijschepenen van het Heilige Roomse Rijk,
verklaren, speciaal voor Herman van den Borne, vrijgraaf van de
"vrijenkrummengraffschafft" te Wickede, dat de raadsleden van Sutphen bezworen hebben,
dat zij onpartijdig recht gesproken hebben tussen Johan van Ruwenhaeven en Gijsbert van
Wagensfelt.
Gegeven in den jarn unsz heren dusent CCCC und sestich op den Mandach na den hilgen
Pasche dage.
Gelijktijdig afschrift in inv.nr. 814.
N.B. Gedrukt in: Tadama, Veemgerigt, p. 209 vlg.
GELDERS ARCHIEF:
0314 Klooster Bethlehem bij Doetinchem
653 Gerit van Ossenbroick, Wilhem Yseren en Aleit, weduwe van Andries Yseren, Gerit als een momber voor Aleit en Wilhem, bevestigen de tolvrijdom van Bethlehem in Zutphen over land en over water, toen de tol aan de raad van Zutphen ten behoeve van stad verpand was, dat Bethlehem daarvan privilegiebrieven van het land van Gelre en Zutphen had getoond, en dat het zo zal blijven, 1486 mei 30 (In den jair onss Heren duysent vierhondert sessentachtentich opden dinxdach na des heiligen Sacraments).
FRYSCHEPEN HILLIGEN ROMSCHEN - SUTPHEN
(=Alderman of the Holy Roman Empire)
Gerhart van Ossenbroek
Ref: Nieuwe reeks van werken van de maatschappij der Nederlandsche letterkunde te ... Tiende deel. 1857. p.212
1487, 8 februari
Gelmer then Wall, stadhouder vanwege Bernt van Holthuesen, schout binnen en buiten
Zutphen, oorkondt, dat Wilhem Yseren, mede voor zijn vrouw en zijn zwager en zuster van
Ossenbroick en Alijt, weduwe van Andries Yseren, mr. Johan van Kampen machtigen, om
de pand- en schuldbrieven, die zij op de tol te Zutphen hebben, te vervreemden en dit de
Roomskoning mede te delen.
Gegeven in den jair onss heren duesent vierhondert seven ende tachtentich op den
Donresdach na sunte Agaten dach.
Oorspronkelijk in inv.nr. 1377. Met het geschonden zegel van Gelmer then Wall in groene
was.
1487, 8 maart
Maximiliaen, Roomskoning, enz. en Philips, aartshertogen van Oisteryck, enz. geven aan
Willem Yseren, Gheryt van Ossenbroeck vanwege zijn vrouw en Alyt, weduwe van Andries
Yseren, Willems broeder, allen erfgenamen van Andries Yseren, op hun verzoek het recht,
om de pandschap van de tol te Zutphen, gegeven door hertog Aernoult als huwelijksgift aan
zijn natuurlijke nicht van Arkel bij haar huwelijk met Andries Yseren, aan de stad over te
doen.
Gegeven in onser stede van Brugge den VIIIen dach van Maerte int jair ons heeren duysent
CCCC zesse ende tachtentich ende srycx van ons Maximiliaen tweedde.
a) Oorspronkelijk in inv.nr. 1377. Met het geschonden zegel en contrazegel van Maximilliaen
en Philips in rode was.
b) Afschrift in inv.nr. 638, fol. 48v vlg.
1489, 26 juli
Bernt van Holthuesen, schout binnen en buiten Zutphen, oorkondt, dat Gerit van Ossenbroick aan de stad Zutphen zijn recht op de tol verkocht heeft.
Gegeven in den jaer ons heren duesent vierhondert negen ind tachtentich op Sonnendach na sent Marien Magdalenendaige.
1485
Soo twist end schelinge geweest zijn tussen Herman van Wije an eene, end Alphart Schymmelpenninck, Pet(er) van Steenbergen, Andr(ies) Schymmelpenninck end voort daer het Bewys an staet an d'and(er) sydt, herkomende van drie brieven, daer inden eenen Gerit van Ossenbroick zalige Andr(ies) end Wilhem Ise(re)n gelaeft hebben voor die summe van XI end LXXXVIII gold(en) R. g. End in den anderen brief Her Gysb(cr)t van Wachtendonck, Brant van Delen, Aillert van Delen met haere medelaeven voor VIIJc gold(en) R. g. End den derden brief ingelaeft hebben zalige Jan van Steenbergen, Sand(er) end And(ries) Schy(mmelpenninck), Johan van Holthuisen voor VII gold(en) R. g. Gerit van Ossenbroick sal syn guet weder antasten end gebruicken als t' voor was, end wes daer van geboert is van Herman dat sal geboert blyven. Hier tegen soo heeft Pet(er) van Steenbergen erflick avergegeven Herman van Wye syn erve geheiten Ressenre broick geleg(en) in 't Ampt van Averbetuwe, soo dat te Leen gaet van(den) hoogebae(r)en vermogenden Fursten H(er)togen van Cleve. Voort soo sal Herman op hem nemen de summe van den Nulenden, alsoo dat Alph(er)t Peter end die andren daer voor gelaeft hebben des onbelast blyven. Hier voor soo sullen Gerit van Ossenbroick end Wilhem Yse(re)n Herman van Wye verschryven uit een onderpant IIII R. g. van XVI d. eenen. Noch soo sullen H(er) Gysb(er)t van Wachtendonck, Peter van Steenbergen, Brant van Delen end Andr(ies) Schy(mmelpenninck), Herman van Wye verwissen HIP gold(en) R. g. van XVI d. een jaerlix, naemtlick uit Coeweyde Brants van Delen die voor syn deure geleg(en) is, end uit Andr(ies) Schy(mmelpennincks) weyde geheeten dat Helsken. Te holden by eene poene van duizent olde st. half tot behuef der stat Zutphen end segsluiden, d'and(er) helfte tot behoef der holdende partyen. Segsluide H(er)man van Meke(re)n, Gysb(er)t van Meke(re)n, Alph(er)t, Jan end Gerit Schy(mmelpenninck) end Bernt van Holthuesen.
|