Notes
Matches 101 to 150 of 4,161
| # | Notes | Linked to |
|---|---|---|
| 101 | 1339 Februar 10. Beschreibung : Theodericus comes de Moerse bekundet, daß er auf Bitten seines Vasallen, des Ritters Johannes de Ossenbrynch, diesem in Gegenwart seiner Vasallen Bernardus dictus van der Lynden und Theodericus de Wolfculen und der Aleyd, der Ehefrau des Johannes, die Nutznießung des Zehnten im Kirchspiel Tille, die Johannes von ihm zu lehen trage, auf Lebenszeit eingeräumt habe.Siegelankündigung des Grafen. Bestellsignatur : Gesamtarchiv von Romberg - Urkunden, Nr. 17. | N.N., Aleyd (I404)
|
| 102 | 1343 Ritter Johan und sein Enkel Heinr. Spechamer. Enkel means: the son of your daughter or the son of your son. 1370 November 23. Beschreibung : Vor den Kalkarer Schöffen erwirbt Ger. Meyer eine Pachtrente von 19 Malter Gerste und 2 Malter Roggen, welche ja sein Vater Heinrich Spechamer von den verstorbenen Rittern Gerard von Ossenbruec und Sohn Daniel zu Lehnrecht hatte und welche das Kloster de Campis aus seinem Hofe super Hono dem Heinrich zu dessen Lebzeiten als Pacht zahlte, von Daniels Sohn Ritter Joh. von Ossenbruec "pro inre quod vulgariter dicitur hergeweyde", mit 2 Mark zu Lehen; der ursprüngliche Lehnsherr ist der Herr von Heerenberg ( de Monte iuxta Embricam); die Pachtrente war dem Ger. 28 Jahre vorenthalten. Bestellsignatur : Gesamtarchiv von Romberg - Urkunden, Nr. 72. | Spechamer, Heinrich (I1492)
|
| 103 | 1343 Ritter Johan und sein Enkel Heinr. Spechamer. Enkel means: the son of your daughter or the son of your son. Therefore Heinrich's mother is the daughter of Ridder Johan van O. | von Ossenbroich, N.N. (I1490)
|
| 104 | 1353. Willem von Boedbergh, älteste Sohn von Johann von Boedberg und Lisen van Ossenbroych, und seine Frau Nese verzichten auf zwei Höfe an ghen Hage, auf eine Wiese an der Niers im Gericht von Veert, auf den Hof teGeysberg, ferner auf Silber, Edelsteine, Pferde usw. und sonstiges natürliches Vermögen. Zeugen: Willem von Broychusen, Herr von Wickrath, Arnt, Herr von Wachtendonk, Johann, Herr von Broekhuizen, Mathias van Kessel, Sander van Voshem, Louse von Hoenslaer und Johan van Boedberg,Willems Bruder. Original auf Pergament mit fünf Siegeln. Inventaris Archief Kasteel Haag. Rien van den Brand. Stefan Frankewitz. 1353. Willem, oudste zoon van Johan van Boedberg en Lise van Ossenbroych, en zijn vrouw Nese, doen afstand van twee hoven an ghen Hage, op een wei aan de Niers in het gericht Veerth, op de hof te Geysberg enz. en verder vaderlijk vermogen. Getuigen: Willem van Broekhuizen, heer te Wickrath, Arnt, heer van Wachtendonk, Johan, heer van Broekhuizen, Mathias van Kessel, Sander vanVossem, Love van Hoenslaer en Johan van Boedberg, broer van Willem. Schloss Haag; nr 2116. | van Boedberg, Willem (I1481)
|
| 105 | 1353. Willem, oudste zoon van Johan van Boedberg en Lise van Ossenbroych, en zijn vrouw Nese, doen afstand van twee hoven an ghen Hage, op een wei aan de Hiers in het gericht Veerth, op de hof te Geysberg enz. en verder vaderlijk vermogen. Getuigen: Willem van Broekhuizen, heer te Wickrath, Arnt, heer van Wachtendonk, Johan, heer van Broekhuizen, Mathias van Kessel, Sander van Vossem, Love van Hoenslaer en Johan van Boedberg, broer van Willem. Schloss Haag; nr 2116. Roermond archief: Uitheemse Regesten. Johan Boedberg (in 1331), Heer te Haag, ridder, and Lysbetken van Ossenbroich hadded drie zonen: Herman, Johan, en Willem roermond.nl/organisatie/BS/Arch/docs/regesten/Index%20plus%20handleiding%20II.pdf 1331 - 1576. Schloss Haag is achterleen van Huis Honselaer onder Vetten, dat zelf Gelder's leen is, te verheergewaden met 15 goudguldens. Bezitters van Schloss Haag: - 1331 Johan van Boedberg, gehuwd met Lysa van Ossenbroich; zegelt als verwant met Loef van Honselaer de acte, waarbij Loef van Beerenbroeck aan Reinald graaf van Gelre de heerlijkheid,Beerenbroeck en hoog en laag gerecht van Capellen overdraagt; - 1353 Willem Johanszoon van Boedberg doet afstand van de beide hoven Haag, een beemd aan de Niers onder Veert en de hof te Geysberg aan zijn broer Johan van Boedberg; - Herman Johanszoon van Boedberg; - Johan van Boedberg Hermanszoon, raad en hofmaarschalk van GeIre: In 1424 benoemd tot Gelder's ritmeester en commandant van Erkelenz; 1431 erfmaarschalk van Gelre; 1456 overleden; 1456 Johan Johanszoon van Boedberg, zoon van Johanna van Appeltern, na deling in 1465; 1478 december 19 door stadhouder Adolf van Nassau ontslagen van de plicht slot Haag te openen tegen de stad Geldern, doch moet dan elders normale ridderdienst doen; - Adriaan Johanszoon van Boedberg; - Cornelis Adriaanszoon van Boedberg; - Adriaan Corneliszoon van Boedberg: overleden 1565; Uit huwelijk met Elisabeth van Bocholz 6 kinderen, die in 1576 delen, waarin Cornelis slot Haag en het erfmaarschalkambt verkrijgt. Veröeff; Historischer Verein Geldern nr 62 p 6-8. | van Boedberg, Johan (I237)
|
| 106 | 1355 juni 30. Huis Scheres (familie d'Olne) te Baarlo (ligt 6km Zuid-West onder Venlo) Van Boedtbergh: Acte, waarin Johan, graaf van Kleef, graaf van Kleef, als schuldenaar, Wessel van den Boetselar Sanderszoon, ridder, Loef van Berenbroeke, Claes van Peelden, Johan van Raede, Herman van Usem, Ocke van der Horst, Reyner van Ghestelen en Bertolt van Amrade, knapen en borgen, verklaren Lysbetken van Ossenbroeke, weduwe van Johan van Boitberg en hun zoon Herman 270 oude gouden schilden schuldig te zijn. Datering: 1355 des neesten dinsdaechs na Petri et Pauli der apostelen NB: Bezegeld door Johan Greve van Cleve, Wessel van den Boetselar, Loef van Berenbroeke, Claes van Peelden, Johan van Raede (zegels allen zeer licht beschadigd), Herman van Ysem, Ocke van der Horst, Reijner van Ghestelen (zegels afgevallen) en Bertold van Amrade (zegel licht beschadigd) Omvang: 1 charter Organisatie: Regionaal Historisch Centrum Limburg (RHCL) | van Boedberg, Herman (I1482)
|
| 107 | 1355-64 Stephan Widerholt Schoeffe in Cleve. Together with a Sweneldis v. O. they had a memorial service in Cleve. Adolp, kanoniker in Kleve und Pfarrer in Rindern (died in 1426) and Johan (also Kanoniker in Xanten at the same time) and Mechteld, who didthe memorial service in Cleve in 1421, were children of Stephan, Schoeffen in Cleve. | von Wiederholt, Stephan (I1486)
|
| 108 | 1355-64 Stephan Widerholt Schoeffe in Cleve. Together with a Sweneldis v. O. they had a memorial service in Cleve. Adolp, kanoniker in Kleve und Pfarrer in Rindern (died in 1426) and Johan (also Kanoniker in Xanten at the same time) and Mechteld, who didthe memorial service in Cleve in 1421, were children of Stephan, Schoeffen in Cleve. | van Ossenbroich, Sweneldis (I1487)
|
| 109 | 1360 Sweder is Knabe in Huisberden and in 1383 in Qualburg. 1366 Juni 30. Beschreibung : Knappe Sueder van Ossenbroich bekennt, von seinem Verwandten, dem Ritter Johan van Ossenbroich, zur Zeit des Absterbens seines Bruders Gerart, als Vormund (guardian) von dessen Tochter Heylewich, von einem Stück Land, genannt "dat raetken", 18 Brabanter Mark erhoben zu haben. Bestellsignatur : Gesamtarchiv von Romberg - Urkunden, Nr. 58. | van Ossenbroich, Sweder (I1474)
|
| 110 | 1366 Juni 30. Beschreibung : Knappe Sueder van Ossenbroich bekennt, von seinem Verwandten, dem Ritter Johan van Ossenbroich, zur Zeit des Absterbens seines Bruders Gerart, als Vormund (guardian) von dessen Tochter Heylewich, von einem Stück Land, genannt "dat raetken", 18 Brabanter Mark erhoben zu haben. Bestellsignatur : Gesamtarchiv von Romberg - Urkunden, Nr. 58. | van Ossenbroich, Gerard (I1473)
|
| 111 | 1367 November 14. Dietrich, Sohn des Genekin von Ossenbroich (-broeck) Kanonikers zu Wissel (Wischel), den Graf Johann von Kleve aus der Kurmudschaft, mit der er dem Grafen aufgrund seiner kumudspfichtigen Mutter Mechtild von Oldenzaal (Audenzeele) hörig war, freigegeben und als Dienstmann aufgenommen hat, gelobt, dem Grafen hold und treu zu sein und nach Dienstmnannsrecht zu dienen. Wegen Siegelkarenz des Ausstellers siegelt auf dessen Bitte sein Neffe Gerhard von Ossenbroich, Sohn des Ritters Johann von Ossenbroich. A.P.D., KM. U. 504;- Siegel angeh., gut erh. -Rv. (14.Jh.) Theodericus filius domini Genkini de Ossenbroek receptus in ministerialen promittit se fore fidelem comiti Cleuensi. Kleve-Mark Urkunden. 1223-1368. Regesten des Bestandes Kleve Mark Urkunden im Nordrhein Westfälischen Hauptstaatsarchiv in Duesseldorf. Vrij vertaald komt de Duitse tekst op het volgende neer: * Dietrich of Derik, de zoon van Genekin van Ossenbroeck en kanunnik in Wissel (bij Kalkar) wordt door Johan, de graaf van Kleef, uit zijn horigheid (=onvrije man) bevrijd. De 'status' van een gezin en de nakomelingen werd in de Middeleeuwen (vaak in tegenstelling met tegenwoordig) door de stand van de moeder (Mechtild van Oldenzaal) bepaald. Die moeder was lijfsgewinplichtig, een soort slavin. Zij was als lijfeigene dus een onvrije vrouw, met weinig of geen rechten en zij had ook geen eigen bezit. * Genekin was dus kennelijk behoorlijk beneden zijn stand gehuwd (wellicht uit liefde en minder berekend en/of rationeel?), terwijl zijn familielid, zijn neef Gerhard of Gerard, de zoon van ridder Johan was. * Dit "gebrek van beneden zijn stand" wordt door de graaf officieel en formeel --als erkenning/beloning/waardering-- opgeheven en door de wijze van correcte levenswandel en/of dappere krijgsdienstverrrichting,wordt hij in de stand van ministeriaal (later vermengd met de ridderschap) verheven en als een vrije man opgenomen. Hij wordt als dienstman, met een betrekking of 'job' in de grafelijke 'ambtenarij' opgenomen.Daarbij doet de vrijgekomene (als verlost van zijn onvrijheid) plechtig eer, hulde en trouw beloven aan zijn meerdere, de Kleefse graaf. Het Latijnse opschrift staat geschreven aan de achterzijde van het perkament (vaak van lamsvacht gemaakt), waarop in galnotenschrift en meteen ganzenveer deze zeer korte samenvatting van de oorkonde staat. Devertaling luidt: Dirk (of in het Duits: Dietrich), zoon van de heer Genekinus van Ossenbroek, opgenomen in de ministeriaal-staat, belooft (aan) de graaf van Kleef trouw te zullen zijn. Rien van den Brand. Amateur-historicus en paleograaf. Venray. | von Ossenbroich, Dietrich (I1485)
|
| 112 | 1369 Gert v. Ossenbroeck, Knappe. 1381 Gerrit von Ossenbroeck, Ritter Cleve. 1393 Gerit v. Oyssenbroyck, freund des Grafen v. Cleve, 1418 Johann and Gerhard (the sons of Gerhard) are on the Ritterzettel. One source (Grabplatte doc.) states that he died in 1420. In 1378 (15 sept.) vinden wij het huys Ossenbroick (=destijds kasteel), have (kasteelboerderij) met wyntmoelen als een totaal leengoed in handen van Geryt van Ossenbroic en vrouwe Marie. Research done for us by Rien van den Brand. www.scriptoriumempeje.nl Gerhard married: 1. Marie v. Nijenhoven (still alive in 1416) and 2. Aleid v. Suytkamen, widow of Ritter Evert v. Wischel (Wissel). 1416 Februar 14. Beschreibung : Gerit van Ossenbroeck teilt mit Einwilligung seiner Gattin Marie und mit Rat seiner Verwandten und Freunde, besonders des Richters Hermen van Ysem seines Neffen, seines Schwiegersohns Werner Esel und Giselberts Hacken seine und seiner Gattin Besitztümer unter seine Kinder: Der ältere Sohn Johan van Ossenbroeck erhält das Haus zu Ossenbroeck mit allem Zubehör und "alle erff erftyns guet ind liefgewyn" im Land von Cleve, ausgenommen das Gut "op ger Sittert", "item alle guet gelegen anden walde mit siner tobehoor geheiten angen Stuefvenne", die Leibzucht "angen Dailreloe", herrührend van den Gaids Haus van Hantten, ferner zwei "Cempe", gelegen bei Kierssel an dem Walde und in dem Walde; item die Leibzucht in der Semervoirt von dem Herrn von Cleve und von der Mark, dann die Güter um und in Calker, ... "so als dat gelegen is dat iarlix pleech to vortynsen to Ludinchoven op sunte Margariten dach". Die ausgeschiedenen Güter soll sein Sohn Gerit van Ossenbroeck besitzen. Ein dritter Sohn, Gaetscallic soll nach dem Tode der Eltern besitzen das Gut zu Nyenhove, gelegen im Lande von Lynne und im Kirchspiel van Geertboeckem, mit allem Zubehör, doch bleibt seinem Schwiegersohn Werner Esel und dessen Gattin Styne "ilk ans rechten ander tynden na vytwisinghe des hylichsbrieffs" vorbehalten. Doch soll Johann seinem Bruder Gaetscallic bei Lebzeiten der Eltern 10 rheinische Gulden jährlich zahlen...Siegelzeugen: Graf Adolf von Cleve und der Mark, Margarete von Berg, Cleve und der Mark, Ritter Herman van Ysem, Werner Esel und Giesbert Hacken. Bestellsignatur : Gesamtarchiv von Romberg - Urkunden, Nr. 211. Also mentioned as Gerd Ossenbrugge. Made Ritter in 1418. Through his marriage, he obtains "Neuenhoven". Zu dem Gut gehörte auch das Patronat der Bockumer Kirche St. Gertrudis. Der Hof umfasste 70 Morgen Ackerland, 30 Morgen Wiesen ("Pesche"), 2 Gewälde im Bockumer Busch und den Zehnten von 576 Morgen im Bockumer, Glindholzer und Oppumer Feld. Das Neuenhoven-Geschlecht trat um 1400 von der historischen Bühne ab. Maria von Nyenhoven, Tochter Gottschalks von Neuenhoven, des letzten männlichen Vertreters seines Stammes, heiratete Gerhard von Ossenbroich, auf dem so genannten Ritterzettel im Jahre 1418 als Ritter verzeichnet. Damit ging Neuenhoven in den Ossenbroich-Besitz über. Gerhard verheiratete sich nach dem Tod seiner Ehefrau Maria mit der Witwe des Ritters Evert von Wischel (Wissel), Aleid von Suytkamen. Er hatte vier Kinder: Johann, Gottschalk, Stina und Aleid. Gerhard starb wahrscheinlich um 1420. Read the full document here: https://vanosnabrugge.org/docs/grabplatte-heinrich-143-148.pdf | van Ossenbroeck, Gerhard (I167)
|
| 113 | 1370 November 23 Daniel active in 1360. Beschreibung : Vor den Kalkarer Schöffen erwirbt Ger. Meyer eine Pachtrente von 19 Malter Gerste und 2 Malter Roggen, welche ja sein Vater Heinrich Spechamer von den verstorbenen Rittern Gerard von Ossenbruec und Sohn Daniel zu Lehnrecht hatte und welche das Kloster de Campis aus seinem Hofe super Hono dem Heinrich zu dessen Lebzeiten als Pacht zahlte, von Daniels Sohn Ritter Joh. von Ossenbruec "pro inre quod vulgariter dicitur hergeweyde", mit 2 Mark zu Lehen; der ursprüngliche Lehnsherr ist der Herr von Heerenberg ( de Monte iuxta Embricam); die Pachtrente war dem Ger. 28 Jahre vorenthalten. Bestellsignatur : Gesamtarchiv von Romberg - Urkunden, Nr. 72 Urkundliches über Moyland und Till im Kreise Cleve. 125 1360. testimonium sigillum discreti viri Stephani de Kervenemj mei con- sanguinei, presentibus apponi rogavi, quod sigillo careo, et est appensum. Nihilominus ad maiorem cautelam sigillum nobilis viri comitis Clevensis una cum sigillo discreti viri domini Daniel de Ossenbruck militis similiter in testimonium presentibus apponi ro- gaveram, et est appensum. Datum anno domini M.CCC. sextode- cimo, in vigilia Palmarum. Anholt, Fürstl. Salm-Salm *sches Archiv. Original auf Pergament, die drei angehängt gewesenen Siegel sind abgefallen, | von Ossenbruec, Daniel (I879)
|
| 114 | 1390 Februar 3. Beschreibung : Jan (should be Aleid), Tochter Johans van Ossenbroic, verzichtet mit ihrem Manne, Jan van Ycem, in Gegenwart des Ritters Elbrecht van Eyl, Gerarts van Ossenbroic, Kanonikus zu Xanten und Wischel, Willams von Wischel, Sohn Everarts, und des Knappen van den Boedseler als "maghe en brulochslude" [zugleich Siegelzeugen] auf ihr väterliches Erbteil (Vater: Johan van Ossenbroic), mit Vorbehalt auf ihr Erbe mütterlicherseits. Bestellsignatur : Gesamtarchiv von Romberg - Urkunden, Nr. 108. | van Ossenbroeck, Aleid (I432)
|
| 115 | 1391 Luze unde Belie (benefactress of the church in Cranenburg) become citizens of Anholt. | van Ossenbroich, Belie (I1478)
|
| 116 | 1397 october 8. Johan II, Otto en Alaert van Buren Johanzoons verpachten met toestemming van hun moeder Ghertrudis aan Dirck Moeren te Venlo en Gebel, echtelieden, hun landen te Boedonck in het kerspel Velden voor 6 jaren. Verslagen *s Rijks Oude Archieven 1952 p 101. regesten Roermond. 30 april 1402 "op sente Walburgen avent der heiliger joncfrouwen" RANDENRATH - De broers Johan van Bueren, heer te Arsen, Otte en Alart van Bueren, zonen van wijlen Johan van Bueren, oorkonden dat zij op het huis Randenrade in bijzijn en met medeweten van Reynolt, hertog van Gelre en Gulick en graaf van Suytphen, en zijn raad, en in bijzijn van Johan van Loen, heer te Hinsbergh en Leuwenbergh, een erfdeling zijn overeengekomen betreffende de nagelaten goederen van wijlen hun ouders ridder Johan van Bueren en Geertrude van Wisschel. - Johan erft de heerlijkheid Arsen, gelegen tussen Venle en de Roderbeecke enerzijds en de Maas en de Lengsvort anderzijds, inclusief de rechten die zijn broers hierop hebben, uitgezonderd een jaarlijkse lijfrente van 100 Gelderse gulden. Johan erft tevens alle schulden en vorderingen. - Otte erft de jaarlijkse rente van 50 oude schilden die zij gezamenlijk ontvangen van hun oom ridder Everarde van Wisschel. Mochten de drie broers worden geërfd aan de goederen van hun oom ridder Everart van Wisschel, dan mogen noch Johan en zijn erfgenamen noch Alart en zijn erfgenamen deze rente van 50 oude schilden aflossen. Tevens krijgt Otte 2/3 deel ("twe dele") van de obligatie die zij hebben van wijlen graaf Johan van Cleve en diens erfgenamen en borgen. - Alart erft een jaarlijkse rente van 100 Gelderse gulden à 11½ Keulse witpenning gevestigd op de heerlijkheid Arsen, jaarlijks op sint Andries of binnen 14 dagen daarna in de kerk van Arsen op het O.L.V. Altaar te betalen door zijn broer Johan of diens erfgenamen. Tevens erft Alart het 1/3 deel van de obligatie die zij hebben van wijlen graaf Johan van Cleve en diens erfgenamen en borgen. Ter bekrachtiging wordt de akte mede bezegeld door Ruelman van Arendale, heer te Welle, Wynant Schincken, heer te Walbeecke, Engelbrecht van Oersbeck, ridder en Heinrich van Wisschel en Stheven van den Egher, knapen, hun magen en vrienden. J. Stoel: Oorkondenboek Archief Kasteel Arcen deel 1 1303-1450. Cahiers Hist. Werkgroep Arcen-Lom-Velden nr. 13, blz. 43-46. | van Bueren, Johan (I8788)
|
| 117 | 1397 october 8. Johan II, Otto en Alaert van Buren Johanzoons verpachten met toestemming van hun moeder Ghertrudis aan Dirck Moeren te Venlo en Gebel, echtelieden, hun landen te Boedonck in het kerspel Velden voor 6 jaren. Verslagen *s Rijks Oude Archieven 1952 p 101. regesten Roermond. 30 april 1402 "op sente Walburgen avent der heiliger joncfrouwen" RANDENRATH - De broers Johan van Bueren, heer te Arsen, Otte en Alart van Bueren, zonen van wijlen Johan van Bueren, oorkonden dat zij op het huis Randenrade in bijzijn en met medeweten van Reynolt, hertog van Gelre en Gulick en graaf van Suytphen, en zijn raad, en in bijzijn van Johan van Loen, heer te Hinsbergh en Leuwenbergh, een erfdeling zijn overeengekomen betreffende de nagelaten goederen van wijlen hun ouders ridder Johan van Bueren en Geertrude van Wisschel. - Johan erft de heerlijkheid Arsen, gelegen tussen Venle en de Roderbeecke enerzijds en de Maas en de Lengsvort anderzijds, inclusief de rechten die zijn broers hierop hebben, uitgezonderd een jaarlijkse lijfrente van 100 Gelderse gulden. Johan erft tevens alle schulden en vorderingen. - Otte erft de jaarlijkse rente van 50 oude schilden die zij gezamenlijk ontvangen van hun oom ridder Everarde van Wisschel. Mochten de drie broers worden geërfd aan de goederen van hun oom ridder Everart van Wisschel, dan mogen noch Johan en zijn erfgenamen noch Alart en zijn erfgenamen deze rente van 50 oude schilden aflossen. Tevens krijgt Otte 2/3 deel ("twe dele") van de obligatie die zij hebben van wijlen graaf Johan van Cleve en diens erfgenamen en borgen. - Alart erft een jaarlijkse rente van 100 Gelderse gulden à 11½ Keulse witpenning gevestigd op de heerlijkheid Arsen, jaarlijks op sint Andries of binnen 14 dagen daarna in de kerk van Arsen op het O.L.V. Altaar te betalen door zijn broer Johan of diens erfgenamen. Tevens erft Alart het 1/3 deel van de obligatie die zij hebben van wijlen graaf Johan van Cleve en diens erfgenamen en borgen. Ter bekrachtiging wordt de akte mede bezegeld door Ruelman van Arendale, heer te Welle, Wynant Schincken, heer te Walbeecke, Engelbrecht van Oersbeck, ridder en Heinrich van Wisschel en Stheven van den Egher, knapen, hun magen en vrienden. J. Stoel: Oorkondenboek Archief Kasteel Arcen deel 1 1303-1450. Cahiers Hist. Werkgroep Arcen-Lom-Velden nr. 13, blz. 43-46. | van Bueren, Alart (I8789)
|
| 118 | 1397 october 8. Johan II, Otto en Alaert van Buren Johanzoons verpachten met toestemming van hun moeder Ghertrudis aan Dirck Moeren te Venlo en Gebel, echtelieden, hun landen te Boedonck in het kerspel Velden voor 6 jaren. Verslagen *s Rijks Oude Archieven 1952 p 101. regesten Roermond. Otto van Bueren, heer van Arcen 1372. Trouwde met NN. Otte van Bueren, zoon van wijlen Jan van Bueren, oorkondde in 1409 dat hij van zijn broer Jan van Bueren, heer van Arssen, een bedrag had ontvangen. Otto van Bueren werd op 1-8-1424 beleend met de Molen van Offenbeek en de laathof van Beesel-Leeuwen en in 1426 (mede) beleend met een weerd bij Grieth (D). In 1427 eigenaar van het vruchtgebruik van het bodeambt te Venlo. Uit dit huwelijk: 1.Otto van Bueren. genwiki.nl/limburg/index.php?title=Van_Bueren 30 april 1402 "op sente Walburgen avent der heiliger joncfrouwen" RANDENRATH - De broers Johan van Bueren, heer te Arsen, Otte en Alart van Bueren, zonen van wijlen Johan van Bueren, oorkonden dat zij op het huis Randenrade in bijzijn en met medeweten van Reynolt, hertog van Gelre en Gulick en graaf van Suytphen, en zijn raad, en in bijzijn van Johan van Loen, heer te Hinsbergh en Leuwenbergh, een erfdeling zijn overeengekomen betreffende de nagelaten goederen van wijlen hun ouders ridder Johan van Bueren en Geertrude van Wisschel. - Johan erft de heerlijkheid Arsen, gelegen tussen Venle en de Roderbeecke enerzijds en de Maas en de Lengsvort anderzijds, inclusief de rechten die zijn broers hierop hebben, uitgezonderd een jaarlijkse lijfrente van 100 Gelderse gulden. Johan erft tevens alle schulden en vorderingen. - Otte erft de jaarlijkse rente van 50 oude schilden die zij gezamenlijk ontvangen van hun oom ridder Everarde van Wisschel. Mochten de drie broers worden geërfd aan de goederen van hun oom ridder Everart van Wisschel, dan mogen noch Johan en zijn erfgenamen noch Alart en zijn erfgenamen deze rente van 50 oude schilden aflossen. Tevens krijgt Otte 2/3 deel ("twe dele") van de obligatie die zij hebben van wijlen graaf Johan van Cleve en diens erfgenamen en borgen. - Alart erft een jaarlijkse rente van 100 Gelderse gulden à 11½ Keulse witpenning gevestigd op de heerlijkheid Arsen, jaarlijks op sint Andries of binnen 14 dagen daarna in de kerk van Arsen op het O.L.V. Altaar te betalen door zijn broer Johan of diens erfgenamen. Tevens erft Alart het 1/3 deel van de obligatie die zij hebben van wijlen graaf Johan van Cleve en diens erfgenamen en borgen. Ter bekrachtiging wordt de akte mede bezegeld door Ruelman van Arendale, heer te Welle, Wynant Schincken, heer te Walbeecke, Engelbrecht van Oersbeck, ridder en Heinrich van Wisschel en Stheven van den Egher, knapen, hun magen en vrienden. J. Stoel: Oorkondenboek Archief Kasteel Arcen deel 1 1303-1450. Cahiers Hist. Werkgroep Arcen-Lom-Velden nr. 13, blz. 43-46. | van Bueren, Otto (I718)
|
| 119 | 1398 am 25. April überträgt Ritter Evert v. Wissel dem Grafen Adolph eine durch Ableben seines Schwagers Adolph v. Suytkamen ihm zugefallene Rente von 15 Schild aus dem Hof Clapperskule im Gericht von Wisselward, jedoch unter Vorbehalt seiner, seiner Frau Aleid und deren Mutter Druda Oesten v. Suytkamen Leibzucht daran (Düsseld. ebend.). Am 1. Sept. 1395 hatte Engelbr. v. Suytkamen auf die Nachlassenschaft seines Bruders Adolph verzichtet unter Zeugenschaft der Brüder Engelbert v. den Steenhuis und Adolph v. d. St., Scholasters in Essen (Düsseld. ebend. 586). | Oesten, Druda (I8876)
|
| 120 | 14-6-1624: Cornelis de Kemp spreekt aan Jan de Kemp, Reynier de Kemp,Christiaen Sopingh als man van zijn huisfr, en Beth de Kemp, wed. van Willem van Hattem, tesamen mede-erfgenamen van Aelbert de Kemp. (bron: Rijks Archief Gelderland - Ger. signaat Kesteren NB 108 fol. 133) | de Kemp, Cornelis (I1364)
|
| 121 | 1400 am 7. Sept. verkaufen Evert v. Wissel, Sohn Jordan's, Gertrud v. Wylacke und Agnes v. der Horst, Töchter von Jordan, vor dem Richter Diedrich v. Wissel in Grieth an Eheleute Heinr. und Aleid Genser die Wenge im Gericht von Grieth am Rheinacker op der Kalflacken. 1400 am 11. Nov. schiedsrichten Ritter Joh. v. Alpen, Herr zu Hönnepel, Ritter Otto v. Bellinghoven, Sohn Diedrich's, Evert v. Wissel, Sohn Wilhelm's, und Joh. v. Spellen in Sachen der Griete, Wittwe von Heinr. v. Wylacke, gegen Johann, Godart und Griete, Kinder von Godart v. Wylacke, und Otto v. Wylacke, Sohn Johann's, dahin, dass Griete zur Leibzucht die Hälfte von dem Gut zu Nennyncholt und von dem Land auf Loerward im Kirchspiel Mehr und Renen, die andere Hälfte Otto v. Wylack haben solle. | van Wisschel, Gertrude (I6010)
|
| 122 | 1400 am 7. Sept. verkaufen Evert v. Wissel, Sohn Jordan's, Gertrud v. Wylacke und Agnes v. der Horst, Töchter von Jordan, vor dem Richter Diedrich v. Wissel in Grieth an Eheleute Heinr. und Aleid Genser die Wenge im Gericht von Grieth am Rheinacker op der Kalflacken. | van Wisschel, Jordan (I8911)
|
| 123 | 1400 am 7. Sept. verkaufen Evert v. Wissel, Sohn Jordan's, Gertrud v. Wylacke und Agnes v. der Horst, Töchter von Jordan, vor dem Richter Diedrich v. Wissel in Grieth an Eheleute Heinr. und Aleid Genser die Wenge im Gericht von Grieth am Rheinacker op der Kalflacken. | van Wisschel, Evert J. (I8913)
|
| 124 | 1400 am 7. Sept. verkaufen Evert v. Wissel, Sohn Jordan's, Gertrud v. Wylacke und Agnes v. der Horst, Töchter von Jordan, vor dem Richter Diedrich v. Wissel in Grieth an Eheleute Heinr. und Aleid Genser die Wenge im Gericht von Grieth am Rheinacker op der Kalflacken. | van Wisschel, Agnes (I8927)
|
| 125 | 1416 Karel van Honseler en zijn zoon Daem geven aan Diederich van Wisch een schadeloosbrief voor zijn borgstaan bij Godschalk van Ossenbruch. 1416 Februar 14. Beschreibung : Gerit van Ossenbroeck teilt mit Einwilligung seiner Gattin Marie und mit Rat seiner Verwandten und Freunde, seine und seiner Gattin Besitztümer unter seine Kinder: Ein dritter Sohn, Gaetscallic soll nach dem Tode der Eltern besitzen das Gut zu Nyenhove, gelegen imLande von Lynne und im Kirchspiel van Geertboeckem, mit allem Zubehör, doch bleibt seinem Schwiegersohn Werner Esel und dessen Gattin Styne"ilk ans rechten ander tynden na vytwisinghe des hylichsbrieffs" vorbehalten. Doch soll Johann seinem Bruder Gaetscallic bei Lebzeiten der Eltern 10 rheinische Gulden jährlich zahlen. 22 September 1424. Gottschalk van Ossenbroeck, and his wife Hadwig Oese von Walhausen (Hadewich Oess von Walhusen), donated part of their orchard at the hermitage at Bockum to the Sisters Tertiarin Order of the cloister, "dar der clusen huysken opsteit an der muren" (where the recluse cottage is situated, near the wall). In return the nuns must pray 100 "Our Fathers", four times a day "vier quatemperen, in gedencknisse Gerarts van Ossenbroeck ind synre Huysvrouwe jonfer Marien van Nuwenhausen oere selen ind alle oere kinder selen" (in memory of their parents Gerarts van Ossenbroeck and his (house)wife Lady Maria van Nuwenhausen, their souls and the souls of all their children). Gesamtarchiv von Romberg - Urkunden, Nr. 434. Der jüngere Bruder Gottschalk, † 1441, wurde 1431 Lehnsmann. Gottschalk (died 1441) married to Heidwich v. Walhusen. In 1441 the widow of Gottschalk gives his sister Aleid v. Ossenbruch and their son Otto v. Wylich each halves of her goods in Linn. | van Ossenbroeck, Gottschalk (I169)
|
| 126 | 1419 mei 16 (dess dinxdages nae sunte Servaesdach in den Meye) Geryt die Meyer, schout te Zutphen binnen en buiten, en Gerit van der Voirst en Evert van den Mersche, schepenen van Zutphen, oorkonden, dat Arnt van Herwen en Vrederinne, zijn vrouw, aan het Oude Gasthuis van de Heilige Geest aan de Saltmarkt te Zutphen hebben opgedragen een jaarrente van 6 oude schilden uit een halve tiend te Viiracker, die door wijlen Andries Yseren aan zijn dochter Vrederinne als huwelijksmedegave was gegeven, waarvan de andere helft Gerlich Stuerman toebehoort, waarvoor de gasthuismeesters tweemaal per jaar uitkeringen aan de armen zullen doen. Afschrift in inv.nr. 1, p. 51. | Yseren, Vrederinne (I6393)
|
| 127 | 1435? | van Buren, Lutgard (I1326)
|
| 128 | 1445 Oktober 17. Beschreibung : Adolph, Herzog von Cleve und Graf von der Mark, belehnt Gerit van Ossenbroeck mit Haus, Hof und Mühle zu Ossenbroeck mit allem Zubehör und den 15 alten Schilden Jahresrente, die der Vater Gerits, Johan van Ossenbroeck, aus dem Hofe zu Nedenoye hatte. Zeugen: Henrick van Wytenhorst, Derick Hemerich. Bestellsignatur : Gesamtarchiv von Romberg - Urkunden, Nr. 379. The above comes from her son Gerd's Notes. | van Wittenhorst, Elisabeth (I2470)
|
| 129 | 1449 active | Schloss, Katherina? (I440)
|
| 130 | 1454 September 30 Beschreibung : Richmoit von der Horst, Meisterin, Lyssgen van Durffendaele, Priorisse, Lyssgen von Ossenbroich Suppriorissa u. der gemeine Konvent des Machabäerklosters geloben dem ehemal. Pastor zu S. Brigitta Hermann van der Arcken nun Kanonich zu S. Cunibert wegen seiner Verdienste um ihr Kloster als ihren Bruder u. Freund zu betrachten, die Memorie desselben zu halten, von ihrem Gute in dem Stifte Essen und von dem Hof zu Bocksteden im Lande von Geldern bei Straelen jede Woche 1 Malter Brod od. 2 Albus unter die Armen zu verteilen, aus ihrem Hof zu Mansteden bei Brauweiler 2 Ampeln Tag und Nacht brennen zu lassen u. a. m. MCCCCLIV in vigilia dei Mathei apost. Bestellsignatur : Verweis Altsignatur : 131 Bemerkung : Copie-Buch RH1 fol. 19 | von Ossenbroich, Lyssgen (I6227)
|
| 131 | 1455 August 25 Parts of a marriage contract between Gerit van Ossenbrueck and | van Bueren, Yda (I185)
| |
| 132 | 1456 Johan Johanszoon van Boedberg, zoon van Johanna van Appeltern, na deling in 1465; 1478 december 19 door stadhouder Adolf van Nassau ontslagen van de plicht slot Haag te openen tegen de stad Geldern, doch moet dan elders normale ridderdienst doen; - Adriaan Johanszoon van Boedberg; - Cornelis Adriaanszoon van Boedberg; - Adriaan Corneliszoon van Boedberg: overleden 1565; Uit huwelijk met Elisabeth van Bocholz 6 kinderen, die in 1576 delen, waarin Cornelis slot Haag en het erfmaarschalkambt verkrijgt. Veröeff; Historischer Verein Geldern nr 62 p 6-8. | van Boedberg, Johan (I9116)
|
| 133 | 1471 März 24 Beschreibung : Johan van Buern und Luytgart van Erpp, seine Gattin, geloben Gerit van Ossenbroick, der für sie bei Henrich van Ossenbroick und dessen Gattin Elsebe Bürgschaft geleistet hat, Schadloshaltung nach Wortlaut des Hauptbriefes: Johan van Bueren, Gerit van Ossenbroick, Raeb van Bueren und Henrick van Wisschell geloben, die 140 rheinischen Goldgulden, für welche Summe Henrick van Ossenbroick und seine Gattin Elsebe aus ihrem Haus und Hofstatt, gelegen "bynnen Eymbrick nest den terminarius van Wesel aen die een syde en Johan van Stochaue aen die ander syde" Derick Rypbant eine erbliche Jahresrente von 9 Goldgulden mit Vorbehalt des Wiederkaufsrecht für 140 Goldgulden für sie verkauft haben, innerhalb der nächsten 6 Jahre mit Schadloshaltung zurückzuzahlen. Werden die Verpflichtungen nicht erfüllt, so sind für jeden versäumten Tag 1/2 Gulden zu zahlen; ferner geloben sie Einlager in Eymbrich. Bestellsignatur : Gesamtarchiv von Romberg - Urkunden, Nr. 561 | van Bueren, Johan (I191)
|
| 134 | 1487, 8 februari Gelmer then Wall, stadhouder vanwege Bernt van Holthuesen, schout binnen en buiten Zutphen, oorkondt, dat Wilhem Yseren, mede voor zijn vrouw en zijn zwager en zuster van Ossenbroick en Alijt, weduwe van Andries Yseren, mr. Johan van Kampen machtigen, om de pand- en schuldbrieven, die zij op de tol te Zutphen hebben, te vervreemden en dit de Roomskoning mede te delen. Gegeven in den jair onss heren duesent vierhondert seven ende tachtentich op den Donresdach na sunte Agaten dach. | Yseren, Willem (I1212)
|
| 135 | 1491 kauft Henrich v. O. das Gut Broich (Morsbroich) und 1530 gibt esWilhelm von Ossenbroich seiner Frau, Ursula Pampus, zur Heirachsgabe. | van Ossenberg, Wilhelm (I107)
|
| 136 | 15 Apr 2024 Goedendag Willem, Ik ben in bezit van foto's van het gezin, gedachtenis prentje, trouwfoto. Ze zijn getrouwd in Venlo 29 december 1941. Casper was niet katholiek, maar is dit geworden voordat ze konden trouwen. Op de trouwfoto staan verder Herbert Schoepe bruidsjongen, aangenomen zoon van Harrie Hendriks, broer van Annie. Zijn ouders zijn omgekomen bij het bombardement te Rotterdam. En mijn moeder is bruidsmeisje: Liesje Peeters, buurmeisje. Gedachtenis prentje gezin is omgekomen bij bombardement in Venlo. Annie was in verwachting van tweede kind. Ze waren net nog bij de ouders van Annie geweest en liepen terug naar hun huis; het luchtalarm ging af en kwamen in de kelder van de buren. Niemand in de kelder overleefde. Als aandenken aan Elsje kreeg Liesje een zilveren servetring Crocus die ze haar hele leven gekoesterd heeft. De gebeurtenis als 11 jarige heeft heel veel impact gehad op haar. Voor haar overlijden vier jaar geleden heeft ze gevraagd om zorg te dragen voor deze herinnering. Met vriendelijke groet, Alwin van Leuven | van Osnabrugge, Johannes Casper (I9815)
|
| 137 | 15 October 1803 Catharina Christiana Fredrica Dogter van Carl August von Ossenbruch en Adriana Henrietta de Jonge op de Voorstraat. Getuigen: Christian Fredrich von Dahlen en Catharina Pansemaker | von Ossenbruch, Catharina Christiana Fredrica (I6200)
|
| 138 | 1551 Januar 12. Beschreibung : Adolff Staell v. Holtsteynn, Waltgreve zu Nergenae, und Geryt v. Eykell, Vormünder der Kinder der +Eheleute Vincentuis v. Ossenbroick und Walborgh v. Eykell quittieren dem Vincentius v. Haen, Bürger zu Doesborch, und Frau Margriete über 200 bescheidene oberländische Goldgulden (wiegend 2 ingelsschen und 1 troyken), die sie zu Behufder Kinder in Abschlag des Geldes verwandt haben, das dem Genephe v. Ossenbroick in Heiratsverschreibung an Derick v. der Reck, Marschall und Drost zu Unnae, von ihrem elterlichen Gut zugesagt war; Haen erhältfür die Summe eine Jahrrente von 10 Gulden Martini aus dem Gute gen. die Kappersche slege im Gerichte Weele. Bestellsignatur : Gesamtarchiv von Romberg - Urkunden, Nr. 1435. | Haen, Vincentius (I1937)
|
| 139 | 1557 März 2 Beschreibung : Quittung des WERNER v. PALLANT, Herrn zu ZEELHEM, über die Zahlung der 3000 fl. Heiratsgut seiner Frau RAEBEN van WYLICK durch deren Vater Otto v. W, Herrn zu GRIBBENVORST und Drost in der HETTER. Erw.: ADOLF van WYLICK, Richter in KLEVERHAMM. Bestellsignatur : Hueth, Urkunden Nr. 318 Bemerkung : Abschrift; Herkunft: Wylich-Lottum | van Wylich, Raba (I1742)
|
| 140 | 1562. Wylhem van Wylick to der Rossouwe, Herr zu Calbeck, und Ehefrau Antonia van der Empell verkaufen dem Diderich van Wylich, Herrn zu Diersfort, clev. Erbhofmeister, und Ehefrau Raben Tengnagel Ackerland bei dem Proestinckbroeck oder Busch, das von Johan Vincken angelegt worden ist und Hinrick Stegeman jetzt in Pacht hat. Siegelankündigung des Verkäufers und des Gografen Friedrich Rave. Unterschriften der Eheleute (Verk.). 2Juni 1574 Beschreibung : Der Offizial des Antonius Perenot, Kardinalpriesters tit. s. Petri ad vincula, Erzbischofs von Mechelen (Mechliniensis), Propstes der Kollegiatkirche St. Viktor zu Xanten, Archidiakons in der Kölner Kirche, bezeugt, dass Arnold Heyer [?], Rentmeister des Schlosses Diersfordt (Diesfort) im Auftrag der Gebrüder Wilhelm und Dietrich von Wylich (Wi-) den Barthold Hoendieck, Vikar der Pfarrkirche St. Johann zu Bislich (Bisselick), als Zeugen benannt hat, dass er diesen zugelassen, vereidigt und verhört hat und dass dieser ausgesagt hat, dass Stephan von Wylich als legitimer Sohn der + Eheleute Dietrich von Wylich und Raba von Tingnagell am 7. August 1549 geboren wurde, getauft wurde und unverehelicht gestorben ist und dass Stephans Paten Johann von Wylich und Ingenia von Tyngnagell, Gattin des Degenhard Haess zu Sollbrüggen (Solbruggen), Drosten zu Linn (Lyn), waren. - Zeugen: Mathias Hageman und Andreas de Mer. - Ankündigung der Unterschrift des Notars, seines Schreibers, und des Siegels seiner archidiakonalen Kurie. Datum 1574 die Mercurii secunda mensis Iunii. Bestellsignatur : Xanten, Viktorstift, Urkunden Nr. 204 a Sprache : Lateinisch, Material : Papier, Überlieferung : Entwurf | van Wylich, Wylhelm (I1798)
|
| 141 | 1576 Februar 7 Beschreibung : Ehevertrag zwischen EBERHARD v. WYLICH zu NYENHOVEN, Sohn JOHANNs v. W. und GERBRIGE v. OSSENBROICH, mit ARNOLDA, Tochter des JOHANN v. ULFFT (S) zu LACKHAUSEN und der MARIA v. BOCHOLTZ. Zeugen:DEGENHARDT HAAS zu SOLLBRÜGGEN, Doktor der Rechte, Amtmann zu LINN und UERDINGEN (S), ADOLF v. GHOER zu KALDENBROCH (S), DIEDERICH v. LYNDEN, Herr zu HEMMEN (S), GERHARDT MAURITZ - von WYLICHs Seite. ARNOLDT v. BOICHOLTZ, Domherr zu MAINZ und LÜTTICH, Propst zu BINGEN, GODHART v. BOICHOLTZ, Herr zu GREVENBROICH, WILHELM v. BOICHOLTZ, Drost zu WAGENINGEN, JOHANN v. ULFFT und JACOB v. HECKEREN. Bestellsignatur : Hueth, Urkunden Nr. 337 Bemerkung : Herkunft: Wylich | van Ulft, Arnolda (I3671)
|
| 142 | 1606: kapitein 1605-1625: in de ridderschap van Veluwe Notities overlijden tussen 1625 en 1639 ecostat.nl/Stoppendaal/pk591.php Daughter Catherina van Middachten is married to Johan van Balveren (1635-1689) ecostat.nl/Stoppendaal/pk2124.php | van Middachten, Johan (I932)
|
| 143 | 1622 Dezember 8 Beschreibung : Eheberedung zwischen Anton Freytag von Laer zu Herbecke [ehelicher und einziger Sohn des +Anton von Laer und seiner Frau Clara von Eller] und Margarethe von Ossenbroch [eheliche Tochter Johanns von und zu Ossenbroch, Haen und Blitterswich + und seiner Frau + Gertrud Schimmelpfennig].Der Bräutigam bringt seiner Braut den adelichen Sitz Herbecke nebst Zubehör und alles, was er geerbt hat oder noch erbenwird, zu. Als Morgengabe erhält die Braut von ihm den Schmitzhof zu Niedermassen im Amt Unna.Die Braut bringt ihrem Bräutigam zu: 1) 9000 Taler Neusser Währung [jeder Taler 52 Albus], die der BrautVater in einer Dispositio inter liberos (Diese Dispositio hatte der +Joh. v. Ossenbroch auf Grund der mit seiner ersten Frau, Gertrud Schimmelpfennig, aufgerichteten Pacta dotalia getroffen) ihr festgesetzt hat; 2) 1000 Taler derselben Währung, die der Braut + Vater ihr als Aussteuer festgelegt hat; 3) Kleidung und Ausrüstung, die der Braut Stiefmutter, Elisabeth geb. von Viermundt, Witwe von Ossenbroch, ihrer Stieftocher außer den 1000 Talern noch schenkt [Erläuterungen und Bestimmungen zu dem Brautschatz]. Nach Empfang des Brautschatzes haben Braut und Bräutigam "fur der Chur- u. Furstlichen Gulischen Landtcantzleyen zu Dusseldorff oder wohe dieselbe itzo anzutreffen ist" Verzicht auf die Ossenbrochschen Güter zu leisten. Der Braut ev. Witwensitz soll später in Schwerteoder Dortmundt sein.Es folgen jetzt die üblichen Festsetzungen für die ev. eintretenden Familienereignisse [Sterbefälle, II. Ehe, usw.].Zeugen: a) auf Seiten des Bräutigams: Bernhardt von dem Romberg zu Massen, chur- und fürstl. clevischer Rat und Drost zu Wetter; Westhoven Cloedt zu Hennen; Johann Becker, Dr. iur. und Bürgermeister zu Schwerte; b) auf Seiten der Braut: obige Witwe v. Ossenbroch [Braut-Stiefmutter];Dr. iur. Zachaeus von Horrig, "des Freyadelichen Stiffts zu St. Gereon binnen Collen Canonicus u. Scholaster u. des krfl. Geistlichen Hofgerichts daselbst Official"; Dietr. von der Recke zu der Recke, Drost zuUnna und Camen; Johann von Wylich zu Bernsaw; Dietrich von der Recke zu Untorff; Dr. iur. Baltasar Zahn, Bürgermeister zu Unna.Unterschriftder Brautleute und von 7 Zeugen.Geschehen und verhandelt in der StadtWippfürth. Bestellsignatur : Gesamtarchiv von Romberg - Urkunden, Nr. 2507 Material : Pergament Überlieferung : Original Bemerkung : ein weiteres Original (etwas beschädigt) ist vorhanden mit 3 Siegeln, 2 Presseln und 1 Siegeleinschnitt; sowie ein drittes Original | von Laer zu Herbecke, Anton (I4192)
|
| 144 | 1623 Ehevertrag zwischen Mathias von Nesselrode, Herrn zu Rath u. Ehrenstein und Maria Elisabeth von Wylich zu Grossen-Bernsau | van Wylich, Maria Elisabeth (I6077)
|
| 145 | 1623 Ehevertrag zwischen Mathias von Nesselrode, Herrn zu Rath u. Ehrenstein und Maria Elisabeth von Wylich zu Grossen-Bernsau | van Nesselrode, Mathias (I6634)
|
| 146 | 1640 Caspar Oseenbrugge. Pastor Hospitales in Muenster. 1637 Juni 2 Beschreibung : Catharina Birmans und ihre Tochter Maria Offerhausen verkaufen dem Kreuzbruder-Konvent zu Düsseldorf eine Viertel-Gewalt auf der Bilker Gemark für 124 Reichstaler.So geschehen zu Neuss den 2. Junij A. 1637.Papier. Mit den Unterschriften. Beiliegend eine undeutliche Verzichtleistung Caspars Ossenbroich. Bestellsignatur : Düsseldorf, Kreuzbrüder, Urkunden Nr. 152 | Osenbrugge, Caspar (I3592)
|
| 147 | 1643 Vergleich zwischen Bertram von Nesselrode, Herrn zum Stein und Vormündern der von Joh. von Wylich zum Grossen Bernsau hinterlassenen minderjährigen Kindern wg. dem Heiratspfennig der Josina Elisabeth von Nesselrode. | van Nesselrode Stein, Josina Elisabeth (I6079)
|
| 148 | 1645. De volgende acten betreffen militaire zaken. Ook hier komen natuurlijk in de eerste plaats dienstcontracten voor. Zij worden gesloten tusschen officieren en illustreeren de wijze, waarop in de zeventiende eeuw de troepen werden aangeworven. Het leger der Republiek werd, zooals bekend is, door vrijwillige dienstneming gevormd. Daartoe sloten de Staten-Generaal contracten met officieren, die daarbij op zich namen voor bepaalde sommen regimenten of compagnieën te leveren. Zij moesten dan natuurlijk zelf zien aan de benoodigde manschappen te komen. Hoe dat geschiedde, blijkt uit het volgende contract (N°. XXX). De kapitein Lambert Pels van het regiment van den kolonel James Hendersson, sluit daarin een overeenkomst met zijn vaandrig Hendrik van Osenbruch, waarbij deze zich ver- plicht binnen veertien dagen te Zutphen vijftien soldaten te leveren tegen 4^/2 rijksdaalder per man — per stuk, zou men bijna willen zeggen. De vaandrig heeft daarvoor ook nog het recht een „corporael van de adelborsten" aan te stellen. 72 UIT DE PROTOCOLLEN DER HAAGSCHE NOTARISSEN. XXX. óp huijden i Meij 1645 compareerde voor mij Dirck Annocque, notaris publycq etc, ende de getuijgen naergenompt d'eerent- festen manhaften Lambert Pels, capitein onder 't regiment van den WelEd. manhaften collonel James Hendersson, ten dienste van Haere Ho; Mo: de Heeren Staeten Generael der Ver- eenichde Nederlanden, alsnu eerst aengenomen, omme gebruijck te werden ten dienste van den Lande, ter eenre, ende d*eerent- festen Hendrick van Osenbruch, als venderich van den gemelten capitein Pels, ter andere sijde. Ende verclaerden den gemelten capiteyn tot sijnen vendrich aangenomen te hebben, gelijck hij tot vendrich van sijne compn»^- is aennemende bij desen, den voorn. Hendrick van Osenbruch, denwelcken sich mede als vendrich voorss. mits desen is verbindende, in vouge ende maenieren hier naervolgende : Den voorn, vendrich sal ge- houden sijn, te werffven ofte doen werffven de nombre van vijft'thien bequaeme soldaeten, te weeten binnen den tijt van veerthien daegen de nombre van thien presente koppen, ende die te leveren op de loopplaets tot Zutphen^ ende resterende persoonen acht ofte. thien daegen daernaer, ende dat tot sijns vendrichs costen. Voor welche werffvinge den gemelten cap". aen hem ven- drich belooft te sullen geven ende betaellen op ider man de somme van vier rijcxdaelders ende een halftve, daervan hij vendrich gehouden sal zijn cautie te stellen. Is verder gecon- ditionneert, dat hij vendrich sal vermogen te stellen een corporael van de adelborsten van de voorss. comp'^. Tot naercoominge van 't geene voorss., zoo verbinden sij comparanten hunne respective persoonen ende generaele goederen, d'selve subjec- terende ten bedwangh van allen heeren, hoven, rechten ende rechteren. Aldus gedaen ende gepasseert in 's Gravenhage ter presentie van d'eersan^en Cornelis Janss Annocque, solliciteur ende Cor- nelis Claess van Baeren, deurwaerder, beijde woonende alhiere, als getuijgen hiertoe versocht. Hendryck van Osenbruche. CoRN^ Janss Annocque. Cornelis van Baeren. | van Osenbruch, Hendrik (I3604)
|
| 149 | 1654-1680 Privatbriefwechsel Georg Christophs und seines Sohnes Konrad Johann, vornehmlich mit G.F., Bernhard Philipp, Bernhard Melchior, dessen Gemahlin Elisabeth Anna von und zu Ossenbroich und Wilhelm Franz v. Vittinghoff gen. Schell. Bestellsignatur : Haus Rechen (Dep.) - Akten, Nr. 27 | von Bittinghoff zu Schellenberg, Georg Christoph (I6228)
|
| 150 | 1655 April 28 Beschreibung : Joh. v. Raessfeldt protestiert gegen die durch Reiner Westerholt, Gerichtsfrohnen zu Richlinghusen, insumierte Ladung des Kurkölnischen Richters zu R. zu Verantwortung gegen seinen Schwager v. Ossenbroch, da sein uraltes adeliges Haus Oistendorff im Stift Münster gelegen und mit einer besonderen Jurisdiktion und Hoheit versehen sei. Bestellsignatur : Gesamtarchiv von Romberg - Urkunden, Nr. 2788 Vermerke : insumiert Mai 7 durch Caspar Freitar. Praes. Dönhoff 1655 Juni 4 NRW archive | van Raesfeld, Johan (I711)
|
